Met grote vanzelfsprekendheid kwam het ene gebouw na het andere tot stand in Nederlands-Indië. Kranten schreven telkens jubelend van ‘een sieraad voor de stad’. De man daarachter was Eduard Cuypers (1859-1927). Rond 1900 behoorde hij met zijn bureau tot een van de meest gevierde architecten in Nederland. Door nieuwe opvattingen in de architectuur kreeg hij het op den duur moeilijk in Nederland en met het verstrijken der jaren werd hij vrijwel doodgezwegen. Werkend vanuit Amsterdam verlegde hij daarop zijn werkterrein deels naar Nederlands-Indië waar, in samenwerking met Marius Hulswit (1862-1921) en Arthur Fermont (1882-1967), talloze gebouwen tot stand kwamen. Vele daarvan bestaan nog, Indonesië is er trots op.
Dit is het boeiende verhaal van die gebouwen en de mensen daarachter. Auteur Obbe Norbruis studeerde architectuur en stedenbouw in Delft. Hij deed onderzoek op dat gebied en werkte als ontwerper en adviseur in Nederland voor diverse bureaus en gemeentes. Geïnteresseerd in de architectuur en stedenbouw uit het koloniaal verleden breidde hij zijn onderzoeksveld uit naar Indonesië.